Zuid-Europese telers van tabak houden voorlopig hun subsidie van de Europese Unie, zo werd maart jongstleden besloten. Daarmee zegevierde het commercieel belang van de producenten, over het gezondheidsbelang van de consumenten. Niet voor de eerste keer overigens. Op het gebied van alcohol en tabak is het eerder regel dan uitzondering dat commerciële belangen aan het langste eind trekken.
Minder dan een jaar geleden, kwamen de EU regeringsleiders overeen dat de subsidie voor tabaksboeren zou worden afgeschaft. Die steun door de EU betreft de tabaksboeren in vooral Griekenland, Italië, Frankrijk en Spanje. Hun tabak is te duur en te slecht van kwaliteit om te kunnen concurreren. Volgens de verdedigers van hun belangen, hebben die boeren geen andere keus, omdat hun grond te slecht is om iets anders te verbouwen. Iets waarbij vraagtekens gezet kunnen worden, omdat bijvoorbeeld ook olijfbomen op slechte grond nog kunnen groeien.
Het subsidiëren van de tabaksteelt, is in feite een vorm van werkverschaffing. Als zodanig zou van hogerhand het gesubsidieerde werk door elke andere vorm van werk vervangen moeten kunnen worden. Wat echter nog veel belangrijker is, de subsidiëring staat haaks op het streven van de EU naar een gezonde samenleving. Daarin staat de gezondheid van de burger op de eerste plaats.
De reclame voor tabak verbieden, maar tegelijkertijd de circa 100.000 tabaksboeren een subsidie van bijna 1.000 miljoen euro toeschuiven, is nogal hypocriet. Het subsidiëren van campagnes tegen het roken met 20 miljoen euro, doet daar niets aan af. Integendeel, het verschil tussen beide bedragen toont nog eens duidelijk aan hoe weinig gewicht de volksgezondheid in de schaal legt, als commerciële en politieke belangen in het spel zijn. En dat terwijl het jaarlijkse aantal tabaksdoden in de EU groter is dan het aantal tabaksboeren !
Vorig jaar stelde de Europese Commissie voor de subsidie te gaan gebruiken om de telers te helpen bij het omschakelen naar andere gewassen. De lobby van de tabaksboeren verzette zich echter tegen dit plan. Die lobby bleek effectief, de landbouwministers (waaronder ook onze Nederlandse minister Brinkhorst) verwierpen maart jongstleden het voorstel van de EC. Brinkhorst heeft zijn partijgenote dus Borst heel wat uit te leggen.
De gang van zaken lijkt veel op die in ons land na het verschijnen van de alcoholnota van 1986. Ook toen op papier goede plannen, die echter getorpedeerd werden door de Tweede Kamer nadat de alcoholbranche zijn lobbywerk had gedaan. Dat heeft het gezondheidsbeleid ten aanzien van alcohol, in ons land een achterstand van 15 jaar opgeleverd. Wij zijn benieuwd hoe lang het gaat duren voordat de tabaksboeren in de EU echt aangepakt gaan worden.
Dingeman Korf