Volgens een gebruikelijke definitie wordt iemand die meer dan drie glazen alcohol per dag consumeert een probleemdrinker genoemd. Onderzoek door een team van Universiteit Maastricht onder Nederlandse studenten laat zien dat één op de vier van hen als probleemdrinker beschouwd moet worden.
De consumptie van alcohol leidt zowel tot direct optredende gevolgen als tot gevolgen die zich pas na meerdere jaren voordoen. Bij een consumptie van drie glazen of meer per dag, beginnen de snel optredende gevolgen zichtbaar en voelbaar te worden. Dat kan variëren van gaten in het geheugen (“black-outs”) of een sterke neiging de dag met een drankje te beginnen, tot trillende handen of een kater.
De onderzoekers onder leiding van socioloog Knibbe constateerden dat studenten vaak door alcoholgebruik in het ziekenhuis terecht komen. In de meeste gevallen (ca. 80 procent) gaat het dan om verwondingen, door vallen, vechtpartijen, verkeersongelukken en dergelijke. In een kleine 20 procent van de gevallen gaat het om gezondheidsklachten veroorzaakt door alcoholgebruik (geïrriteerde slokdarm, maag, lever of alvleesklier).
Knibbe pleit ervoor om studenten meer bewust te maken van de risico’s van alcoholgebruik en van de risico’s van bepaalde situaties. Drinken gebeurt onder studenten vaak in een ontspannen sfeer en in gezelschap. Dat nodigt uit tot meedoen. Taken en verantwoordelijkheden worden dan even vergeten.
Het brein van een mens verkeert nog in ontwikkeling tot een leeftijd van 24-25 jaar. De meeste studenten bevinden zich dus nog in de levensfase van extra risico’s.