De Australische hoogleraar psychologie dr. P. Miller slaat alarm over de risico’s van de combinatie van energiedrankjes met alcohol. Vier van de vijf recente onderzoeken naar die combinatie, blijkt gesponsord door fabrikanten van energiedrankjes, voornamelijk Red Bull. Belangrijke feiten ontbreken daarin soms.
Miller ziet als belangrijkste argument tegen veel van de gepubliceerde onderzoeken het feit dat ze zijn uitgevoerd in een laboratorium-situatie. Dan ontbreekt de interactie met mede-feestvierders. En juist die interactie kan deel uitmaken van het risico. Daarom geven die onderzoeken geen goede weerspiegeling van de werkelijkheid.
Energiedrankjes bevatten veel caffeïne. Eén blikje evenveel als twee tot vier koppen sterke koffie. Daardoor wordt de gebruiker alerter en wakkerder. Alcohol verdooft juist het waarnemingsvermogen. Die verdoving wordt door de caffeïne gecamoufleerd. De gebruiker voelt zich nog lang niet aangeschoten. Dat geeft hem een gerust gevoel.
Dat geruste gevoel komt echter niet overeen met de werkelijkheid. Zo blijft bijvoorbeeld de vertraging van het reactievermogen door alcohol even sterk, met of zonder caffeïne.
Het effect van de combinatie leidt er toe dat de risico’s onderschat worden, en de eigen capaciteiten overschat. Dat bracht onderzoeker prof. Marczinski (univ. Noord Kentucky) al begin 2012 tot de uitspraak: “De combinatie van verminderd inzicht in de eigen capaciteiten en alcoholische overmoed, kan aanleiding geven tot levensgevaarlijke daden” .
Een half jaar later bracht onderzoek door prof. Arria van de universiteit van Maryland aan het licht dat regelmatige gebruikers van de combinatie een hoger gemiddeld niveau van alcoholconsumptie vertoonden dan niet gebruikers. Het resultaat daarvan was: vaker alcoholische maag- en leverklachten dan de niet gebruikers, en op termijn een tweemaal zo grote kans om een verslaving te ontwikkelen.
Ongeveer 60% van de studenten in Australië drinkt regelmatig een energiedrankje gemengd met alcohol. Ook in de VS en in Europa heeft die gewoonte flink wortel geschoten. Prof. Miller ziet hierin één van de oorzaken van het feit dat in Australië in de weekenden het uitgaanspubliek voor 40 procent zwaar beneveld is.
Zijn bezorgdheid wordt vergroot door het feit dat van de vijf onderzoeken naar het effect van de combinatie,vier gesponsord zijn door producenten van energiedrankjes. Veel van die onderzoeken komen tot de conclusie dat er weinig reden is om zich zorgen te maken. Een boodschap die de consumenten maar al te graag ter harte nemen.
Prof. Miller constateert dat veel van die onderzoeken nauwelijks een relatie met de realiteit hebben. Gemeten worden hartslag, bloeddruk en dergelijke na consumptie van één of twee glazen drank, gecombineerd met één of twee blikjes energiedrank. Dat is met name voor wat alcohol betreft veel minder dan er in werkelijkheid gedronken wordt.
Dingeman Korf