Leerlingen in de groepen 7 en 8 van de openbare basisscholen in Hardenberg gaan op school voorlichting over alcohol, drugs en tabak krijgen. De gemeente en het basisonderwijs zijn overeengekomen lesssen daarover structureel een plaats op het lesrooster te geven.
De gemeente Hardenberg maakt zich zorgen over het toenemende gebruik van ongezonde genotmiddelen door jongeren. Vooral het alcoholgebruik neemt sterk toe. In de regio Hardenberg wordt door jongeren meer alcohol gebruikt dan het landelijk gemiddelde. De gemeente en het openbaar onderwijs hebben daarom besloten tot voorlichtingslessen voor de groepen 7 en 8 van de basisscholen (10- tot 12-jarigen). Na de kerstvakantie start voor hen een serie van vier lessen over de nadelige gevolgen van verslavende middelen. Daarbij zal gewerkt worden met het lespakket “de gezonde school en genotmiddelen” van het Trimbos Instituut.
Stichting Alcoholpreventie (STAP) staat kritisch tegenover de voorlichtingslessen in Hardenberg. Met zó jonge kinderen praten over drank, zou er toe kunnen leiden dat hun nieuwsgierigheid gewekt wordt. De voorlichting zou dan juist averechts werken. Verder zouden voorlichtingslessen aan kinderen op zichzelf weinig effectief zijn. Op zijn minst zouden de ouders erbij betrokken moeten worden.
Met zijn stellingname geeft STAP te kennen de historie van de schoolvoorlichting over alcohol en tabak slecht te kennen. In het verleden gaf de NCA alcoholvoorlichting voor de hoogste klas van de toenmalige “lagere school” (11- en 12-jarigen). Begin tachtiger jaren nam die schoolvoorlichting een grote vlucht, en nadat voorlichting over tabak aan het programma was toegevoegd, werd met overheidssubsidie een groot aantal werkloze onderwijzers bijgeschoold tot voorlichter.
Bij de NCA voorlichting werden de ouders ruim geïnformeerd. Van tevoren informatie over de globale inhoud en over het tijdschema, zodat zij eventueel hun kind konden terugtrekken uit het programma. Tijdens het programma nog een keer meer inhoudelijke informatie. Verder was de boodschap van de voorlichting gemodelleerd naar de laatste pedagogische en psychologische inzichten.
Het effect van die voorlichting werd na 6 en 12 maanden en na drie jaar geëvalueerd door onderzoekers van de universiteit van Utrecht. Daarbij bleek dat de voorgelichte kinderen duidelijk later begonnen met het gebruik, en aanvankelijk matiger waren in hun gebruik dan de niet-voorgelichte kinderen. Na drie jaar was het effect echter vrijwel verdwenen. Met andere woorden, de voorlichting moet jaarlijks, of uiterlijk na twee jaar worden herhaald.
De positieve uitkomst van de evaluatie leidde destijds tot krantenkoppen als “Goed voorgelicht kind drinkt en rookt minder snel” of “Voorlichting over drank en sigaretten heeft effect”. Het voorlichtingsmateriaal van het Trimbos Instituut dat nu in Hardenberg gebruikt gaat worden, is ontwikkeld mede op basis van de ervaringen met de vroegere NCA voorlichting. Dit feit, plus het feit dat de voorlichting structureel in het lesrooster is ingepast (en dus jaarlijks terugkomt), maken dat wij er op mogen vertrouwen dat de aanpak door Hardenberg een positief resultaat zal hebben.
Natuurlijk zou het alcoholgebruik door jongeren effectiever teruggedrongen worden, wanneer daarnaast met name de landelijke overheid een daadkrachtiger matigingsbeleid zou voeren. Maar zolang dat er niet is, zijn wij geneigd te zeggen: beter voorlichting à la Hardenberg dan helemaal geen beleid. Alle beetjes helpen, en gezien de houding van de landelijke politiek, zal alcoholmatiging vooralsnog bij kleine beetjes bijeengeschraapt moeten worden. De gemeente Hardenberg verdient een pluim, en niet de negatieve benadering van STAP zoals die in diverse kranten verscheen.
De gemeente Hardenberg verdient daarom m.i. een pluim in plaats van negatieve kritiek.
dr.ir. Dingeman Korf
Ex-secretaris NCA
Voorz. Stg. ANGOB