In 2006 vielen in ons land 49 doden door huiselijk geweld. Dat is éénderde van alle geweldslachtoffers. Aldus een recent bericht van criminologisch onderzoeksbureau Beke. Naar de oorzaken van dat gezinsgeweld deed het bureau echter geen onderzoek. De rol van alcohol kwam daardoor niet voor het voetlicht.
In 2006 kwamen in ons land 145 personen om het leven ten gevolge van moord of doodslag. Bureau Beke analyseerde die gevallen, en kwam tot de onverwachte constatering dat er meer mensen door het “geweld achter de voordeur” om het leven kwamen dan door afrekeningen in het criminele circuit. Iets meer dan éénderde van de geweldsdoden, om precies te zijn 49 van de 145, kwam om het leven door gezinsgeweld. Andere oorzaken zoals bijvoorbeeld uitgaansgeweld, uit de hand gelopen ruzies, criminele afrekeningen en mishandeling met latere sterfte als gevolg, leverden alle een veel kleiner aandeel.
Sterfte als gevolg van gezinsgeweld kent vaak een lange voorgeschiedenis. Het gebruik van geweld is vaak een chronisch proces dat op een gegeven moment zo hevig wordt dat het tot doodslag leidt. Meestal is de pleger van dat chronische geweld ook de pleger van de doodslag. Maar er zijn ook gevallen bekend dat jarenlang mishandelde vrouwen uiteindelijk hun slapende man met een bijl of een broodmes doodden.
Veel van de gevallen van doodslag na jarenlang geweld, hadden voorkomen kunnen worden als de signalen van dat geweld eerder waren opgepikt. De slachtoffers doen echter meestal geen aangifte. Waarschuwingen zouden van artsen, ziekenhuizen, scholen en dergelijke moeten komen. Die worden daarin echter belemmerd door de privacywetgeving.
Naar de oorzaken van gezinsgeweld deed Bureau Beke geen onderzoek. Daarvoor zijn wij aangewezen op eerdere rapporten. In een rapport over huiselijk geweld uit 2002 wordt hierover opgemerkt : “In veel gevallen van partnergeweld is er helemaal geen concrete aanleiding, of gaat het om een zeer triviale gebeurtenis die normalerwijze niet tot een gewelduitbarsting zou leiden”. Dit is in overeenstemming met het feit dat volgens hetzelfde rapport ruim 30 procent van de gevallen van thuisgeweld, eigen is aan het karakter van de dader. Zo’n karakter is gekenmerkt door een lage irritatiedrempel (snel geïrriteerd) gecombineerd met een fysiek uitingspatroon.
Daders met een dergelijk karakter kunnen tot mishandeling overgaan omdat hun vrouw een opmerking maakt die hen niet zint, omdat een kind met een slecht rapport thuiskomt, omdat het eten hen niet smaakt, of simpelweg omdat zij alcohol of drugs gebruikt hebben.
Daarnaast constateert genoemd rapport dat 16 procent van alle mishandeling direct voortkomt uit het gebruik van alcohol of drugs zonder dat het karakter van de dader een rol speelt. Conflicten zijn in 19 procent van de gevallen de aanleiding tot geweld. Psychische problemen in 15 procent. Bij psychische problemen kan wederom het gebruik van alcohol of drugs de druppel zijn die de emmer doet overlopen.
Eerdere metingen en schattingen, uit de tachtiger en negentiger jaren, gaven aan dat tussen de 30 en 40 procent van alle vrouwenmishandeling binnen het huwelijk plaatsvindt na alcoholgebruik. Voor kindermishandeling zou het percentage zelfs tussen de 35 en 50 liggen.
In de jaren 2006 tot en met 2008 vonden jaarlijks 62.000 à 63.000 aangiften bij de politie plaats wegens thuisgeweld . In de afgelopen tien jaar zijn er jaren geweest met tot 65 sterfgevallen van mishandelde vrouwen en tot 40 sterfgevallen van mishandelde kinderen. In de statistieken ontbreken cijfers over de mishandeling en sterfte van bejaarden. Die vinden vaak ook niet thuis plaats.
Alles bij elkaar moeten wij concluderen dat alcoholische geweldsuitbarstingen de belangrijkste oorzaak zijn van geweldpleging en doodslag achter de voordeur.
Dingeman Korf