De afgelopen maanden verschenen er twee rapporten over de kennis van de bevolking met betrekking tot de risico’s van alcoholgebruik. Het ene een Nederlandse beleidsverkenning, het andere een Europees rapport in het kader van het RARHA-project (Reducing Alcohol Related Harm). Beide komen tot dezelfde conclusie : er zal nog veel aan gedaan moeten worden om het publiek voldoende te informeren.
De beleidsverkenning is gebaseerd op een steekproef van 1895 Nederlanders van 14 jaar en ouder, en is opgesteld door bureau GfK. Het overgrote deel van de deelnemers maakt zich geen zorgen over de gevolgen van het eigen alcoholgebruik. Dat is logisch, als zij zich er zorgen over zouden maken, zouden zij het wel (trachten te) veranderen. Het zijn meestal “de anderen” of “de jeugd” die gezondheidsrisico’s lopen.
Het kennisniveau van het publiek is niet up to date. Gevraagd naar gezondheidsrisico’s noemt 47 procent spontaan leveraantasting. Ook verslaving wordt genoemd. Ronduit verontrustend is het feit dat 52 procent nog gelooft in een positief effect van (rode) wijn. Dat vaak gecombineerd met een ontkenning van de risico’s. Een slechte basis dus om op aan te haken met een matigingscampagne. Die stuit direct op ongeloof.
Wanneer de risico’s door de interviewer worden voorgelegd, dan onderschrijft 93 procent van de ondervraagden het risico van leveraandoeningen, 92 procent dat van verslaving en 87 procent dat van levercirrose. Op afstand volgen dan nog overgewicht en hersenbeschadiging, met elk 80 procent. Verhoogde bloeddruk, hersenbloeding, kanker, Alzheimer en diabetes worden veel minder geassocieerd met alcohol.
Ondervraagd over de plaats van alcohol in onze samenleving, geeft 78 procent van de ondervraagden te kennen een wijntje bij de kapper niet normaal te vinden, 16 procent heeft geen mening en slecht 6 procent vindt dit wel normaal. Ook veel tegenstand is er tegen alcohol in sportkantines, ongeveer de helft is daar op tegen. Van de minderjarige jongeren (14 tem 17 jaar) geeft 12 procent te kennen vanuit hun vriendenkring druk te ondervinden om te gaan drinken.
Het RARHA-project dient als oriëntatie met betrekking tot de Europese regels voor de etikettering van consumptie-artikelen. Komend voorjaar komt de Europese Commissie met een voorstel voor etiketteringsregels met betrekking tot de voedingswaarde. Tot nu toe geldt voor dranken met meer dan 1,2 procent alcohol vrijstelling : noch de ingrediënten, noch de voedingswaarde behoeven op de verpakking vermeld te worden. Een vrijstelling waar een organisatie als Foodwatch zich sterk tegen verzet. Ook diverse beroepsgroepen vinden die vrijstelling ongewenst (bijv. artsen, diëtisten, enz.).
In het kader van het RARHA-project werden een kleine 8.000 consumenten geïnterviewd, gespreid over 21 Europese landen. De meerderheid was voor afschaffing van de vrijstelling. Een ander punt dat naar voren kwam was het feit dat er zoveel glazen in gebruik zijn met verschillende inhouden. Daardoor kan de toerist-consument slecht schatten hoeveel alcohol hij binnenkrijgt.
Tot nu toe hebben de Europese landen allemaal hun eigen standaardglazen. Die verschillen onderling in het algemeen niet zo veel. Alleen de Engelse standaard wijkt nogal af, en de Duitse en Tsjechische bierglazen. Gezondheidsrisico’s worden vaak uitgedrukt in aantallen glazen per dag of per week. Dus is het wenselijk dat er een Europese standaard komt.
Dingeman Korf