Zeven Zaanse café’s organiseerden op zaterdag 12 en zondag 13 oktober de “Bocketocht”. Een tocht waarbij van café naar café wordt gefietst en waarbij in ieder café één biertje gedronken wordt. Een evenement dat ons inziens gekwalificeerd moet worden als het uitlokken van deelname aan het verkeer in aangeschoten toestand. Uitlokking van wetsovertreding dus.
Deelname aan het verkeer terwijl men onder de invloed van alcohol verkeert, is verboden. Alcohol verzwakt het waarnemingsvermogen en vertraagt de reactiesnelheid. Daardoor brengt alcoholgebruik de veiligheid van het verkeer in gevaar. Dat geldt voor alle verkeersdeelnemers, gemotoriseerd of niet gemotoriseerd. Dus ook voor fietsers.
Bij de “Bocketocht” krijgen de deelnemers in elk van de deelnemende café’s een stempeltje op hun deelnemerskaart wanneer zij daar een biertje drinken. De bedoeling is bockbier (vandaar de naam van de tocht), maar naar de soort bier kijkt men niet zo precies. De tocht kan eventueel over twee dagen verdeeld worden.
De “Bocketocht” werd dit jaar voor de twaalfde keer gehouden. Politiewoordvoerder J. Egas verklaarde van tevoren aan een regionale krant, dat fietsen met meer dan 0,5 promille alcohol in het bloed niet mag. Maar hij zei er meteen bij het een leuk evenement te vinden, en daar ook oog voor te hebben. Met andere woorden, de politie zou wel een oogje dicht knijpen.
Het alcoholgehalte in iemands bloed is niet alleen afhankelijk van de hoeveelheid alcohol die hij of zij gedronken heeft, maar onder andere ook van het lichaamsgewicht van de drinker/ster. Heel globaal kan men stellen dat kleine, tengere vrouwen na twee glazen al in de buurt van de grens van 0,5 promille kunnen komen, en er met drie glazen gegarandeerd overheen gaan. Zware mannen gaan met het vierde of vijfde glas over de grens. Dit alles bij een normaal drinktempo. Last men na ieder glas een pauze van vijf kwartier in, dan blijven gezonde personen beneden de grens van 0,2 promille.
Het voorgaande leidt tot de conclusie dat iemand die de “Bocketocht” op één middagje uitrijdt (wat gemakkelijk te doen is), gegarandeerd boven de strafbaarheidsgrens van 0,5 promille bloedalcoholgehalte (b.a.g.) uitkomt. Een “Bocketocht” organiseren, waarbij maar liefst zeven café’s worden aangedaan, is daarom ons inziens een onverantwoordelijke daad en uitlokking van wetsovertreding.
Los van de overschrijding van de strafbaarheidsgrens van 0,5 promille, moet er ook rekening mee gehouden worden dat weliswaar de wettelijke grens 0,5 promille is, maar dat ook bij 0,3 of 0,4 promille al sprake is van een aantoonbare vermindering van de verkeersvaardigheid. De morele grens voor alcohol in het verkeer is daarom 0,0 promille. Gewoon niet drinken als je nog aan het verkeer gaat deelnemen.
Weten de organisatoren van die “Bocketocht” niets beters te bedenken?
Of is voor het bevorderen van hun omzet alles geoorloofd?
Dat daarbij de politie een oogje toeknijpt, is al helemaal van de gekke. De politie dient zich in te zetten voor het veiliger maken van het verkeer. Gedogen van dronken rijden, al is het maar op de fiets, hoort daar niet bij!
Dingeman Korf