Er is nog nooit zoveel goed gefundeerde negatieve publiciteit over alcohol geweest als de afgelopen vijf jaar. De wetenschap produceert in hoog tempo nieuwe gegevens. De ene keer fundamenteel biologisch, een volgende keer medisch-statistisch, een derde keer sociaal-psychologisch. Nu eens gaat het over alcohol en aangeboren afwijkingen, dan weer over alcohol en borstkanker. Een volgende keer gaat het over voortijdige sterfte door alcohol, over de maatschappelijke kosten van de alcoholproblematiek of over ongezonde consumptiegewoonten. Dat zijn slechts enkele voorbeelden. Een opsomming waar het allemaal over kan gaan, kan gemakkelijke deze bladzijde vullen.
De vraag is natuurlijk, heeft al die negatieve publiciteit effect ? En is die publiciteit eigenlijk wel bedoeld om effect te hebben ? Wetenschappelijke pubicaties zijn, althans in de exacte wetenschappen, vooral bedoeld om de wetenschap vooruit te helpen. Het mechanisme van het effect van alcohol op de prikkeloverdracht tussen zenuweinden is wetenschappelijk interessant. Maar maatschappelijke consequenties ervan vallen moeilijk aan te geven. Dat ligt heel wat gemakkelijker met publicaties in de dagbladpers over verkeersongevallen door alcohol of de verhoging van de kans op borstkanker door alcohol. Daarvan is het maatschappelijk belang voor iedereen duidelijk.
Diep in zijn hart weet het publiek natuurlijk allang al dat alcoholgebruik risico’s met zich meebrengt. Historisch gezien is het verband tussen alcohol en dronkenschap, of tussen alcohol en geweldpleging al minstens vierduizend jaar bekend. Het negatief effect van alcohol bij de conceptie werd door de Romeinen drieduizend jaar geleden al verwoord in de mythe van Vulcanus, de halfgod die mismaakt geboren was omdat hij in dronkenschap verwekt was.
Ondanks alle kennis over alcohol die voor het oprapen ligt, wordt er al vijfentwintig jaar lang in Nederland meer alcohol gedronken dan de voorafgaande honderd jaar ooit het geval is geweest. Iedereen die zijn ogen open houdt, kan de negatieve gevolgen daarvan in zijn directe omgeving waarnemen. Zijn wij dan met zoveel blinden in ons land?
Het ligt iets ingewikkelder. Alcohol mag dan lichamelijk vooral negatieve effecten hebben, op de geest heeft hij ook effecten die door veel mensen als prettig ervaren worden. Wie die prettige effecten uit eigen ervaring kent en de onprettige niet, zal de neiging hebben om alcohol als een aangenaam product te beschouwen. De waarheid over alcohol stuit dan in eerste instantie op ongeloof, wordt gezien als een poging om de toegang tot aangename ervaringen te versperren.
Een negatieve boodschap over alcohol is dus vaak niet welkom. En onwelkome boodschappen stuiten op weerstanden. In de oudheid gebeurde het zelfs dat de brenger van slecht nieuws onthoofd werd. Het nieuws werd daardoor niet veranderd, men behoefde het alleen niet meer aan te horen. Tegenwoordig worden onwelkome boodschappen in de doofpot gestopt, wordt de brenger ervan belachelijk gemaakt in de publiciteit of uitgestoten uit zijn beroepsvereniging, of weggepest uit zijn baan. Zie het lot van de zogenaamde “klokkenluiders”.
Dr.ir. D. Korf