In de loop der jaren is de Nijmeegse vierdaagse geleidelijk van een sportief evenement veranderd in een publieksspektakel. Parallel daarmee heeft de commercie zijn intrede gedaan en is het alcoholgebruik drastisch toegenomen.
Van een ANGOB-lid dat dit jaar zelf meeliep, hoorden wij dat bij het vertrek de deelnemers koffie of fris konden krijgen, maar bij aankomst ook bier. Veel deelnemers zaten dan ook rond de finish met een biertje in de hand, uit te rusten van de vermoeienissen. De aloude slogan “bij sport geen alcohol” werd door die wandelaars blijkbaar niet van toepassing geacht.
Het publiek dat langs de route stond te kijken, maakte het nog bonter. Zelfs vroeg in de ochtend waren er al toeschouwers dronken. Aan hun gedrag en taalgebruik was dat overduidelijk te merken.
Van iemand anders, geen ANGOB-lid overigens, die vroeger zelf meeliep maar de laatste jaren tussen het publiek staat, hoorden wij soortgelijke verhalen. Vroeg in de ochtend al straal bezopen figuren tussen het publiek. In de loop van de dag werden het er meer. Zijn grootste ergernis was echter het feit dat de politie die langskwam, daar totaal geen notitie van nam en er dus ook niet tegen optrad. Openbare dronkenschap was in Nijmegen deze dagen op zichzelf blijkbaar geen strafbaar feit.
Eén en ander is dubbel teleurstellend omdat de catering van de deelnemers in handen was van Albron. Het bedrijf waarin de vroegere SOV-kantines, die alcoholvrije kantine-exploitatie voorstonden, zijn opgegaan. Van enige ontmoediging van alcoholgebruik door deelnemers aan het wandelevenement, was niet het minste spoor zichtbaar. Het erfgoed van de SOV is door Albron blijkbaar aan de kant geschoven.